Deze website, Behind the scenes, geeft inzicht in het maakproces van Janne van Gilst, het inrichten van haar werkruimtes tijdens de artist-in-residence bij Kunsthuis SYB en in de afsluitende raamtentoonstelling Miltvuurbosjes. Tijdens haar residency (1 februari t/m 14 maart 2021) heeft Janne informatie verzameld over de vindplaatsen van miltvuurbosjes, waarvan de locaties alleen zijn opgeslagen in het ‘lokale geheugen’ van de Friezen. Na een oproep voor informatie in de lokale media kreeg Janne talloze tips voor locaties van miltvuurbosjes in de buurt van Beetsterzwaag. Ze legde deze locaties vast met haar analoge camera en ontwikkelde en printte de negatieven in haar zelfgebouwde donkere kamers in Kunsthuis SYB. Janne maakte daarbij gebruikt van de 19e-eeuwse fotografische techniek: de cyanotypie.

De website Behind the scenes maakt het voor je mogelijk om de tijdelijke werkruimtes van Janne op alle drie de verdiepingen van Kunsthuis SYB zelf te kunnen verkennen. Verder krijg je de kans om de raamexpositie te bezoeken waarmee Janne haar residency afsloot. De plattegronden zijn de basis voor deze verkenning: zoom in op verschillende delen van de ruimtes om informatie te krijgen over het maakproces – haar makende handen –, de gebruikte materialen/gereedschappen/technieken, de inrichting van de zelfgebouwde donkere kamers en de tentoongestelde kunstwerken.

'Mise-en-place'

Het onder de knie krijgen van een nieuwe techniek, zoals voor Janne de cyanotypie, kost tijd en kan soms een uitdaging zijn. Het inrichten en opzetten van een werkruimte volgens deze techniek is nog tijdrovender en geen eenvoudige taak. Omdat Janne meer met haar handen wilde werken, besloot ze recentelijk om haar kennis over 19e-eeuwse fotografische technieken, zoals cyanotypie of kallitypie, te verdiepen. In de werkruimte Polychrome van fotograaf en ontwerper Kees van Brandenburg leerde Janne deze technieken in een workshop kennen. Tijdens haar residency bij SYB kon ze de opgedane kennis toepassen, bijvoorbeeld in de vorm van schriftelijke instructies gemaakt door van Brandenburg, en kon ze profiteren van zijn literaire aanbevelingen, bijvoorbeeld het boek Cyanotype: The Blueprint in Contemporary Practice (2019) van Christina Z. Anderson. Tijdens haar werkperiode volgde Janne ook een donkere kamer workshop, verzorgd door de lokale analoge fotograaf Arjen Verschoor. Daar kon ze niet alleen meer te weten komen over de donkere kamer, ze kon ook de nodige apparatuur lenen, zoals een ontwikkeltank.

Hoeveel een door een specialist ingerichte werkplek​​ aan het leer- en maakproces bijdraagt, wordt duidelijk wanneer je zelf je werkplek moet inrichten. Professor Roger Kneebone betoogt in Expert. Understanding the way to Mastery (2020):

“Als beginner is het gemakkelijk om je te concentreren op individuele taken zonder te merken hoe je werkplek is gestructureerd. Door een manier van werken te hanteren die er al is, kun je het belang van je omgeving over het hoofd zien.”1

Kneebone introduceert het concept 'mise en place', een uitdrukking ontleend uit de culinaire wereld om de betekenis van onze omgeving te benadrukken, evenals hoe we onze omgeving organiseren en ermee omgaan. Hij verduidelijkt dat de Franse uitdrukking 'mise en place' ('het organiseren van je werkruimte'), niet alleen van toepassing is in de keuken. Aan de hand van het herkenbare voorbeeld van rijden in een onbekende auto, legt hij uit dat het tijd kost om je aan te passen aan een onbekende 'mise en place':

“Iedereen die in een huurauto heeft gereden, weet hoe gemakkelijk het is om te ontdekken dat je de ruitenwissers hebt aangezet in plaats van de richtingaanwijzers.”2

Het is erg tijdrovend om gereedschappen en materialen – je omgeving – zodanig te leren kennen dat je je werkruimte kunt indelen op een manier die voor jou zinvol is.

Bij haar aankomst in SYB in februari 2021, toen Janne voor de opgave stond om haar werkplek in te richten, werd ze geconfronteerd met het belang van een passende werkomgeving. Uiteraard zou de gebruikte techniek (inclusief materialen en gereedschappen) in dit geval cyanotypie - bepalend zijn voor de manier waarop Janne de werkruimten moest inrichten. Ze begon met het inrichten van de donkere kamer in de tentoonstellingsruimte op de begane grond. Op deze verdieping bevindt zich een kleine ruimte, een overblijfsel van de originele structuur van het gebouw. Ze gebruikte zwart landbouwplastic en ducttape om het licht in de zelfgebouwde donkere kamer tot een minimum te beperken. Nadat ze deze taak had voltooid en de ruimte had ingericht, realiseerde ze zich dat deze omgeving onpraktisch was vanwege het gebrek aan stromend water. Haar poging om gebruik te maken van een ​​gieter was niet effectief en ze wist dat ze de donkere kamer moest verplaatsen naar een ruimte waar wel stromend water aanwezig is: de badkamer op de tweede verdieping.

Opnieuw gebruikte Janne ducttape om het deurkozijn lichtdicht te maken en zo te voorkomen dat er licht binnen zou vallen. Ze richtte de ruimte vervolgens zo in dat ze niet alleen de negatieven in de ontwikkeltank kon ontwikkelen (waarvoor het helemaal donker moet zijn), maar ook de uiteindelijke cyanotypieën. Een gevonden houten plank, bedekt met landbouwplastic, stelde haar in staat om een ​​werkruimte te creëren bovenop de wasbak. Ook heeft Janne het toilet en delen van de vloer bedekt met dit plastic, om de ruimte gemakkelijk te kunnen opruimen en de tegels en keramiek voor de chemicaliën te beschermen. Ze hing een waslijn op in de douchecabine om de ontwikkelde negatieven op te hangen en deze te laten drogen.

Letterlijk en figuurlijk tussen de 'droge donkere kamer', zoals ze de ruimte op de begane grond later noemde, en de veel praktischere 'natte donkere kamer' op de tweede verdieping, richtte Janne de ‘digitale donkere kamer’ in de woonkamer op de eerste verdieping in. Hier kon ze de ontwikkelde en gedroogde negatieven scannen (inclusief voorbereidingen, zoals het afstoffen), en de gescande negatieven verwerken voor het afdrukken van grootschalige negatieven op specifieke vellen met een daarvoor geschikte printer. Deze afgedrukte negatieven zou ze later op de tweede verdieping nodig hebben, waar ze het negatieve beeld van de miltvuurbosjes op het voorbereide papier zal afdrukken. Janne maakt het papier in de droge donkere kamer beneden klaar, door de chemische emulsie met een kwast erop aan te brengen en het vervolgens aan een lijn te laten drogen. Toen ze droog waren nam Janne ze mee naar boven in een lichtdichte map, waar ze nu eindelijk de cyanotypie kon ontwikkelen. Terug op de tweede verdieping richtte Janne de bovenkant van de wasmachine in als werkvlak. Ze plaatste de zelfgebouwde UV-lichtbak, die nodig is voor de overdracht van het beeld, op de wasmachine. Onder de douche spoelde Janne de chemicaliën van het papier af en hing vervolgens de resultaten met wasknijpers aan het wasrek op.

Janne's reis - van het inrichten en opzetten van haar werkruimtes in Kunsthuis SYB om cyanotypieën te kunnen ontwikkelen, en van de droge naar de natte donkere kamer, via de digitale donkere kamer - illustreert hoe tijdrovend het is om een 'mise en place' te ontwikkelen, of in de woorden van Kneebone :
"[om] de controle te krijgen over je omgeving."3
Janne’s ‘mise en place’ van de drie donkere kamers kan naast de raamtentoonstelling Miltvuurbosjes op deze website verder worden bezichtigd.

Locaties met miltvuurbosjes

Tot de 19e eeuw werd met miltvuur besmet vee vaak begraven in de verste uithoeken van het weiland. Om de begraafplaats heen werd een sloot of hek geplaatst om te voorkomen dat gezond vee de ziekte verspreidde. Deze miltvuurbosjes blijven gevaarlijk omdat de miltvuurbacterie eeuwenlang ondergronds kan overleven. De locaties van de bosjes zijn nooit gedocumenteerd, maar zijn van generatie op generatie doorgegeven binnen de boerengemeenschap. De lokale bevolking weet dat de bosjes gevaarlijk zijn, maar vaak niet meer waarom. Wat overblijft zijn mysterieuze eilandjes van ongerepte natuur, waar eeuwenlang geen mens is geweest. Janne gebruikte de 19e-eeuwse fotografische techniek cyanotypie om deze 'eilandjes' vast te leggen, omdat de resulterende blauwdrukken langzaam vervagen. Net als de registratie en betekenis van de miltvuurbosjes: na verloop van tijd zullen ze worden vergeten, vervormd en uiteindelijk verdwijnen.

Tijdens haar raamtentoonstelling bij Kunsthuis SYB presenteerde Janne, naast de resulterende cyanotypieën van de miltvuurbosjes, audiofragmenten van interviews die ze voerde met de lokale bevolking en experts over de locaties en hun geschiedenis. Verder toonde ze een diavoorstelling van close-ups van de bosjes, die nog een ander perspectief bieden op deze potentieel gevaarlijke locaties. Op deze website kun je de cyanotypieën en de diavoorstelling bekijken en de fragmenten beluisteren. Voor de online versie van de raamtentoonstelling Miltvuurbosjes besloot Janne de locaties van de miltvuurbosjes toe te voegen aan de betreffende cyanotypieën. Het toevoegen van de locaties aan de digitale versie van de anders vervagende cyanotypes draagt ​​bij aan de documentatie en herinnering van deze nog steeds gevaarlijke locaties, ook buiten de lokale boerengemeenschap.

Deze website, Behind the scenes, geeft inzicht in Janne’s werkplekken (‘mise en place’) en maakproces. Je kunt indirect het proces van het maken van een cyanotypie ervaren: we hopen dat je ervan zult genieten. Ook al zit je achter de computer, we nodigen je uit om op te gaan in de beweging die je waarneemt, in de stilstaande en bewegende beelden (kinesthetisch empathie)5. Bij het vastleggen en selecteren van de indeling van de werkruimte en het maakproces moesten Janne en ik, Vanessa van ‘t Hoogt, talloze beslissingen nemen op basis van verschillende criteria, variërend van de esthetiek van het beeld tot praktische zaken zoals het vermijden van herhaling. Daarom, behorend tot het genre showing making, toont deze website sommige elementen van het maakproces, terwijl andere aspecten verborgen blijven. Op verschillende afbeeldingen kun je bijvoorbeeld de gebruikte chemicaliën onderscheiden, maar zie je niet hoe deze worden klaargemaakt en afgevuld in in de bruine flessen.6

Wij, Janne van Gilst, Michiel Teeuw en Vanessa van ’t Hoogt, hopen dat je net zoveel plezier beleeft aan het verkennen van Behind the scenes als wij hadden bij het maken van deze website – een proces op zich dat het waard is om tentoongesteld te worden (maar die analyse laten we over voor een andere website).



(1) Kneebone, R. (2020). Expert: understanding the path to mastery. Viking, an imprint of Penguin Books, p. 116.
(2) Ibid. p. 115.
(3) Ibid. p. 119.
(4) Lehmann, A.-S. (2012). Showing making: on visual documentation and creative practice. Journal of Modern Craft, 5(1), 9–23. https://doi.org/10.2752/174967812X13287914145398
(5) Ibid.
EN